Posts tonen met het label kansen. Alle posts tonen
Posts tonen met het label kansen. Alle posts tonen

zondag 26 maart 2023

Als resultaten tellen

In een meer dan lezenswaardig artikel ging Michiel de Hoog, redacteur van De Correspondent, in op een van de spannendste experimenten in de geschiedenis van het voetbal. In Denemarken wil de Deense voetbalbond, samen met de Deense profclubs en amateurverenigingen, gezamenlijk proberen het  geboortekwartaaleffect te verslaan. Mocht dat lukken dan is dat echt bijzonder.

Al in de jaren 70 van de vorige eeuw bleek uit onderzoek dat het geboortekwartaaleffect voorkwam in het Nederlandse onderwijs. Er bleken, in het speciaal onderwijs, veel kinderen geboren te zijn in de laatste drie maanden voor de peildatum. Zouden de kinderen, geboren in de maanden juli, augustus en september dan gewoon dommer zijn dan de overige kinderen? Hiervoor bleek geen bewijs. Sterker nog, dit fenomeen bleek ook in Engeland voor te komen. Alleen bleken de 'domme kinderen' daar geboren in de maanden juni, juli en augustus. In Engeland bleken het juist de kinderen geboren in september die erg goed scoorde. Dit in tegenstelling tot de Nederlandse situatie waar het juist die kinderen bleken te zijn met de grootste problemen. Voor iemand die goed tussen de regels door kan lezen, de peildatum in Engeland lag één maand eerder, namelijk op 1 september. Ook in de sport bleek er sprake van een geboortekwartaaleffect.

In de NHL bleek er sprake van een geboortekwartaaleffect. In Nederland bleek dat bij Ajax  toch wel heel veel kinderen geboren in de eerste drie maanden van het jaar. Ook in het volleybal bleek dit het geval. Hier speelde nog wel een anders,  het verschil tussen de nationale en de internationale peildatum. Waar de nationale peildatum lag op 1 oktober, lag de peildatum internationaal op 1 januari. Lees hierover het artikel van Daan Krijnen!

Oneerlijke concurrentie
Het geboortekwartaaleffect is eigenlijk, kort door de bocht, een vorm van oneerlijke concurrentie. Kinderen geboren in de eerste drie maanden van het jaar zijn over het algemeen fysiek sterker en geestelijk rijper. Zij lijken daardoor talentvoller. Hoe groter de spreiding, bij kinderen in de groei, hoe groter het onderscheid. Waar het effect in het onderwijs al naar voren kwam, is het vrij helder dat in de sport, waar gewerkt wordt met tweejaargroepen, het effect nog groter is. Want zelfs tweede jaars, geboren in de laatste maanden van het jaar behoren ook dan, vaak niet tot de oudste van de leeftijdscategorie.

Het blijkt niet zo eenvoudig om dit probleem op te lossen. Op de eerste plaats zijn wij niet zo heel goed in om naar de toekomst te kijken. Van een kind dat op 9-10 jarige leeftijd goed is, is het maar helemaal de vraag of dat kind ook zo goed is als hij 19-20 jaar oud is. Hoe jonger een kind gescout wordt hoe moeilijker dat voorspellen natuurlijk is. In de sport kijken trainers vaak niet verder dan, als je geluk hebt een seizoen. Trainers bekijken met welke spelers zij kunnen scoren, kampioen kunnen worden. De trainer van de Jo9-1 is in het geheel niet bezig met de vraag of een speler die hij selecteert op dit moment misschien nog niet echt goed is, maar straks wel in het eerste of misschien nog wel hoger zou kunnen komen. Dat vraagt van elke individuele trainer dat hij beseft dat hij slechts een passant is, onderdeel is van een proces waarbij niet de trainer maar het sportende kind centraal staat.


Denken in groepen
Een ander bijkomend probleem realiseerde ik mij nu zo'n 6 jaar geleden. Ik zat voor een 10 minuten gesprek bij de leerkracht van groep 8. Het rekenen van mijn zoon was het onderwerp van gesprek. Waar ik vroeg hoe het ging met mijn zoon, begon de leerkracht mij uit te leggen hoe hij rekenles gaf aan de klas, hoe het met de klas ging. Op het moment dat ik aangaf dat ik slechts 10 minuten had gekregen en niet de vader was van een hele klas, moest de leerkracht even schakelen. Dit herkent natuurlijk iedere trainer. Trainers denken in groepen, niet individuen. Welke teamsporttrainer werkt met individuele ontwikkelplannen? Zelfs het aantal voetbaltrainers dat werkt vanuit vooraf omschreven jaarplannen is laag, laat staan dat dit nader uitgewerkt is naar individuele ontwikkelingsplannen. Trainers denken, net als die leerkracht in grootst gemene delers. Zij gaan net als die leerkracht voorbij aan het feit dat ontwikkeling vooral individueel is. Trainers binnen teamsporten doen er alles aan om van een groep individuen een team te maken, terwijl wij weten, tenminste dat hoop ik, dat de uitdaging van iedere trainer binnen een teamsport is ontwikkeling vooral individueel te benaderen. Waarom anders zouden veel teamsporters die stoppen met hun sport, stoppen met sport en gaan sporters die aan een meer individuele sport doen, na het stoppen met hun sport, veelal een andere sport doen?

Denemarken
Het valt dus ook niet mee om dit probleem op te lossen. Wij hebben 'willen winnen' in onze genen en dat moet er al heel, heel jong, in gepompt worden. Daarbij is het heel moeilijk om voorbij onze horizon te kijken. Het is enorm moeilijk om je als trainer te realiseren dat je ook maar een passant bent. Tot slot is het heel lastig om ontwikkeling individueel te zien. Tel daarbij op dat er nog steeds een vastgeroeste gedachte is dat echte talenten echt wel boven komen drijven en je hebt het recept tot een amper op te lossen probleem.

Toch gaat men dat in Denemarken proberen, zo is te lezen in het laatste artikel van Michiel de Hoog. Flemming Berg, hoofd Ontwikkeling van de Deense voetbalbond vindt het niet langer te verkopen dat kinderen het niet redden omdat ze per ongeluk in een verkeerde maand geboren zijn. Waar in ons land, de afgelopen 30 jaar geen maatregelen genomen zijn en wij om de zoveel tijd concluderen dat het wel heel erg is maar wij daarna rustig doorslapen, worden er in Denemarken, door de bond maatregelen genomen. Sinds 1 januari gaan Deense BVO's, maar ook de omringende amateurclubs selectieteams samenstellen die 'geboortemaandneutraal" zijn. Hiervoor is een quota voor afgesproken. Dit komt er op neer dat minimaal de helft van de jongens in al die ploegen afkomstig moet zijn uit de tweede helft van het jaar. Dit is natuurlijk een geweldig experiment, maar los dit het probleem van het geboortekwartaaleffect op? Kunnen trainers, scout überhaupt de korte termijn resultaten loslaten om te komen tot resultaten op de langere termijn. Levert dit op de lange termijn ook betere voetballers op?

Ik moet eerlijk zeggen dat ik eind jaren 90 ook dacht dat het werken met quota een oplossing zou zijn. In een artikel dat ik destijds voor de Volley Techno schreef, onder de titel 'Als je voor een dubbeltje geboren bent' beschreef ik het opdelen van een leeftijdscategorie in vier halfjaar groepen. Trainers zouden dan per half jaar een zelfde aantal spelers moeten selecteren. Deze groepen zouden dan ook op verschillende tijden gezien moeten worden, om vergelijken zoveel mogelijk tegen te gaan. Ik had zelfs het idee dat deze selectietrainingen dan ook niet door de trainers uitgevoerd diende te worden die er dat seizoen daadwerkelijk mee zouden gaan werken. Zoals in het artikel van De Hoog terecht wordt benoemd, zitten hier bijeffecten aan deze werkwijze. Zo kan het gebeuren dat je een speler af laat vallen vanwege het quota en niet omdat hij op de langere termijn niet goed genoeg zou zijn. Omgedraaid zou er ook een speler door kunnen komen, omdat je binnen het quota in dat half jaar nog een speler moet selecteren. Er zit echter, zo lees je in het artikel, een dieper liggende gedachte achter. Doordat BVO's verplicht zijn met die quota te werken, moeten amateurclubs waar gescout wordt, dit ook op deze wijze organiseren.

Wat ik in mijn laatste blog al als idee benoemde, moeten de BVO's in Denemarken de amateurclubs clubs daadwerkelijk gaan ondersteunen, zij moeten helpen met het opleiden van interne scouts. De Hoog noemt dat in zijn artikel een nationaal deltaplan in talentherkenning. De Deense initiatiefnemers benoemen dat het een enorme klus gaat worden. Een van de redenen waarom het een klus gaat worden is dat teams die kiezen voor jongere kinderen vaker zullen verliezen. Houden ze dat vol? Houden ze, zo gaat De Hoog verder, het vertrouwen dat de ze de juiste spelers hebben geselecteerd?

Wat is talent? Waar gaan ze opletten? Dit zal onherroepelijk leiden tot discussie en wellicht tot conflict, maar is dat een probleem? Misschien is dit wel goed, want wat is dus een talent? Waar letten trainers echt op bij het selecteren? Ga hier nu eens juist de discussie over aan! Met het instellen van keiharde quota is men er nog niet in Denemarken. Er zijn in Denemarken meer acties in gang gezet. Lees hiervoor vooral het artikel van Michiel de Hoog: Het geboortemaandeffect verpest het voetbal. Denemarken doet het anders

Hockey Visie
Het klinkt allemaal fantastisch en ik hoop echt dat de KNVB de BVO's zo ver krijgt dat wij hier vergelijkbare stappen kunnen zetten. Toch ben ik niet optimistisch. Een sport waarvan de vaandeldragers de eigen bond verwijten dat zij het winnen uit het voetbal hebben gesloopt, zal geen maatregelen nemen die er toeleiden dat er wedstrijden worden verloren. Als een willekeurige voetbalvader die zijn zoon succes wil wensen zegt:
"Wel winnen hè!" dan is er nog een wereld te winnen.

Wij zijn in Nederland niet te spreken over alweer een WK waaraan wij niet deelnemen. Wij zijn niet te spreken over de prestaties van de Nederlandse clubs op Europees niveau, maar kennelijk gaat het nog niet slecht genoeg.

Ik moest even terugdenken aan een artikel dat ik las in het blad HockeyVisie. In het artikel een stappenplan voor de mentale begeleiding van jeugdige sporters. Per leeftijdsfase werden de kenmerken van die fase benoemd, met de daaraan gekoppelde handvatten voor mentale begeleiding. Het stappenplan begint, net als bij de jeugdopleiding van PSV, met de fase FUNdamentals. Het gaat hier, voor de jongens, om fase van 6-9 jarigen. Meisjes zijn iets eerder klaar. Het stappenplan sluit af met de fase "Training to compete". Dit is fase waarin de competitie, het winnen, geleerd moet worden, belangrijk wordt. Voor jongens heeft met het dan over de leeftijd 16 tot en met 19 jaar. Ook hier zijn de meisjes weer iets eerder klaar. Waarom toch zou de fase "Training to compete" zó laat in naar voren komen in dit stappenplan?

Als resultaten tellen ...

 


zaterdag 4 maart 2023

De ouderavond

Het grote nadeel van jeugdige leden is dat er ook nog een ouders achteraan komen. Ouders zijn moeilijk, zijn lastig en hebben een vrij verwrongen beeld van het geen het eigen kind kan. Als het even kan liever geen ouders langs het veld of in de zaal tijdens de training en bij de wedstrijden liefst één veld verder of anders in het clubhuis.

Ouders zijn in het tijdsbeeld waarin wij leven een soort onmensen geworden. Toch is dit je achterban. Een achterban die je met de steeds maar teruglopende vrijwilligers aantallen ook nog eens hard nodig heb. Zijn ouders dan ook altijd lastig, moeilijk en ingewikkeld of ligt hieraan iets anders ten grondslag? Laat ik met deur in huis vallen, ja sommige ouders zijn lastig. Sommige ouders hebben inderdaad een wat te romantisch beeld van de verrichtingen van hun zoon. Er zijn ook ouders voor wie keiharde prestatie centraal staat en dat mag zoon of dochter ook weten. Een wedstrijd verloren betekent direct slecht gespeeld.

Er zijn ook ouders die oprecht benieuwd zijn hoe het gaat, die willen weten waarom de trainer doet wat doet. Ouders die benieuwd zijn waarom het ene kind wel en het andere kind niet geselecteerd wordt. Deze ouders zijn niet lastig, maar zij vragen wel het uiterste van een trainer. Want welke trainer weet echt waarom hij doet wat hij doet? Toen ik als beginnende trainer ouders te woord moest staan, wist ik ook niet waarom Sjors nu beter was dan Jeroen. Ja, Sjors had die ene selectietraining een aardige indruk  achter gelaten, maar was hij daarmee dus beter dan Jeroen? Misschien was Jeroen wel gewoon zenuwachtig? Ik kende de vader van Jeroen toen nog niet, maar dat was dus zo'n vader voor wie resultaat telde. Slecht presteren? Dat was er niet bij! Jeroen kon alleen maar falen. Geselecteerd worden was normaal, er niet bij zitten betekende afgaan. De vader van Jeroen kwam dus ook verhaal halen en had ik steekhoudende argumenten?

Ouders zijn niet altijd lastig. Ouders willen wel uitleg en als klant, als de achterban van een jeugdlid mag dat ook. Toen ik wat meer ervaren was in het training geven en het coachen, organiseerde ik 4x per jaar een ouderavond. Ik nodigde de ouders uit bij de training. Ik vroeg hen dan ook nadrukkelijk om zich tijdens de training net zo te gedragen als dat zij tijdens de wedstrijden doen. Na afloop had ik met elke ouder een kort gesprek over hoe het ging, wat hun zoon had geleerd, hoe dat ging en wat wij de komende periode zouden gaan oppakken tijdens de training. Als ouders zich tijdens de wedstrijden wel eens, in mijn ogen te fanatiek gedroegen dan deden zij dat tijdens deze training vaak ook. Ook dat was dan onderwerp van gesprek. Het kon dan, in een rustig overleg, gaan over hoe dit gedrag van invloed was op het plezier, maar ook de prestaties van hun zoon. Die ouderavonden, oudertrainingen, zou ik iedereen adviseren. Op de eerste plaats train je, met die ouders langs de lijn, op een bijzondere manier game like. Je kan wedstrijdgerichte oefeningen inpassen in je training, maar het geluid van de eigen ouders, maakt het leereffect nog groter, want zie maar eens een set-up goed uit te voeren met een schreeuwende vader langs het veld. De ouderavonden, het gesprek met de ouders, maakte ook dat het wederzijds begrip groter werd. Tot slot, in die situaties dat de ontwikkeling, het leren wat achter bleef bij de verwachtingen, dan was dit al lopende het seizoen een keer naar voren gekomen en was een eventueel niet selecteren voor een komende selectie niet direct een verrassing.

Investeer in je spelers, maar investeer ook in die ouders!




woensdag 1 maart 2023

Positief coachen niet voor watjes

Ik had net mijn eerste trainerscursus afgerond. Ik heb dat gehele seizoen in een schriftje bijgehouden wat ik zei, bij aanvang van een wedstrijd, in de time-outs, tussen de sets en na afloop van een wedstrijd. Ik schreef verder op hoe er gereageerd werd. Werden spelers boos, reageerde ze teleurgesteld, deden ze echt wat ik vroeg of misschien niet.  Wat duidelijk werd was dat eigenlijk elke speler beter ging spelen na een compliment. Een mega open deur natuurlijk. Opvallend was verder dat sommige spelers echt objectief slechter gingen spelen als ik maar door bleef zagen over de fouten die hij in mijn ogen maakte. Bij hen moest je het soms ook gewoon even niet benoemen dat het niet goed ging. Toch waren er ook spelers die het even nodig hadden om ze, laat ik zeggen, goed aan te spreken op hun gedrag. Wat ook opvallend was dat de kinderen soms echt van de leg waren als ik erg actief tijdens de wedstrijd stond te coachen. Zelfs niets zeggen alleen maar op een op een bordje aanwijzen in welke richting er geserveerd moest worden, was voor een enkeling te veel informatie.

"Je haalt mij dan uit concentratie!" kreeg ik een keer te horen.

Jaren later. Ik zat in de zaal bij een regiotraining van Regio Nieuw Gelre van de Nevobo.
De trainer in de zaal ging, laten we zeggen, behoorlijk te keer. Anderen zouden het enthousiast noemen. Opvallend was dat vanuit dit 'enthousiasme' echt enkele spelers harder gingen werken. Ze werkte zich het snot voor de ogen. Opvallend was ook dat een speler redelijk onthutst de kleedkamer opzocht. Anderen zouden het verdrietig noemen. Na afloop sprak ik de trainer. Voor hem was iedereen gelijk, dus diende je ook iedereen gelijk te behandelen.

Ik loop nu toch al weer wat jaartjes sporthal in sporthal uit, sta ik langs de lijn van menig voetbal veld. Heb ik verschillende dug-outs van binnen en van buiten gezien en als mij een ding is opgevallen, echt niemand is gelijk. Geen mens is hetzelfde. Er is ook geen handboek, omgaan met pubers of hoe kinderen in de basisschoolleeftijd te coachen. De enige rode lijn is wellicht dat iedereen zo op z'n tijd een complimentje nodig heeft. Verder heeft het er alle schijn van dat kinderen niet veel leren als je als coach maar continu de oplossingen aandraagt.

Toen het Positief Coachen voor het eerst in beeld kwam moet ik zeggen dat ik het toch wel een hoog geitenwollen sokken gehalte vond hebben. Ik zag meer in de gedachtegang achter de inzichten van Small en Smith 'Coaches who never lose', werken met doelen waar je wat voor moet doen, maar die haalbaar zijn en onder controle zijn. Inzichten die een uitkomst waren van onderzoek in de NHL, de NBA, in de top van de sport in de VS. Deze inzichten paste ook meer bij mijn eigen ideeën. Ik ben niet zo van lief, leuk en aardig, sport mag ook gewoon hard zijn. Toen ik echter mijn eerste voorstelling van Positief Coachen zag, schrok ik. Ik zag mezelf. Mij, ons, werd een gigantische spiegel voor gehouden. Er werd in de voorstelling een trainer neergezet, die ik herkende. Er werd een vader neergezet die ik kende en dat was niet prettig. Ik dacht en denk goed na over hoe ik trainingen geef, hoe ik coach, over de opvoeding van mijn kinderen. Ik dacht dat nadenken en daar naar handelen goed genoeg was. De spiegel liet zien dat dit niet genoeg was.

Ik blijf nog steeds die trainer, die coach, die vader van zijn sportende kinderen die hoopt dat alles goed gaat, dat ze winnen en ik weet dat je daarvoor gewoon keihard je best voor moet doen, maar het is, net als dat jochie op de voetbalclub laatst over zijn trainer zei:
"Hij denkt verdomme dat wij Manchester City zijn!"

Denk na over wat je doet, houd je zelf regelmatig die spiegel voor, vraag feedback, deel jouw ideeën over training geven, over coaching met andere trainers en coaches. Blijf voortdurend leren, hard werken. Positief Coachen is niet voor watjes, is niet van de geitenwollen sokken, het gaat over het beste uit jezelf en de ander te halen.










dinsdag 28 februari 2023

Ongeleid projectiel

Gisteren bezocht ik een amateur voetbalwedstrijd, een bekerwedstrijd, een kwartfinale bekerwedstrijd. De wedstrijd was al meerdere keren afgelast, vanwege het weer.

De bezoekende ploeg had veel publiek meegenomen. Ik was iets later, maar hoorde van ver al het geschreeuw. De wedstrijd was net 10 minuten op weg, maar het stond al 2-1 voor de thuisploeg. Op het veld gebeurde van alles, maar het geschreeuw kwam van de supporters. De supporters van het bezoekende team waren niet gelukkig met de scheidsrechter en dat lieten ze merken. Ook op het veld liepen de emoties hoog op. De spelers van de uitploeg waren meer bezig met de scheidsrechter dan met het eigen spel. Hoewel de tegenstander een klasse hoger speelde keken ze dan ook snel tegen een achterstand aan en zelfs nadat zij de gelijkmaker binnen tikte, bleef het gemekker maar doorgaan. De scheidsrechter trok een aantal keren een gele kaart en ook een tweede doelpunt voor de thuisploeg was niet verbazend. Ondertussen op de tribune raakte supporters van de uitploeg in een ruzie met supporters van de thuisploeg. Een oude man, vader van een van de spelers van de thuisploeg werd, onheus bejegend. Er ontstond ook wat verbaal geweld tussen de supporters en de bank van de thuisploeg. De uitploeg ging er niet beter van spelen en ook kort voor rust kreeg de thuisploeg een strafschop.

Na rust bleek dat de coach van de uitploeg zijn licht geraakte spelers er uit had gehaald. Ook het supportersfront van de uitploeg bleek scheurtjes te vertonen. Een enkele supporter had het uitvak verlaten en had een plek elders langs de lijn opgezocht.
"Ik schaam mij werkelijk kapot, " vertelde een vader van een van de spelers van de uitploeg.
"Het helpt niet, je schiet er niets mee op!"

De supporters van de thuisploeg hadden na de rust vrij massaal gekozen om ook op de tribune plaats te nemen. De rust leek weer gekeerd. De uitploeg met na rust de nodige wissels, ging ook beter spelen. Minder commentaar op de scheidsrechter, minder geschreeuw vanaf de tribune. De vader had gelijk. Het ongewenste gedrag op het veld, langs de lijn, leidt niet tot betere prestaties. Het enige waar dit toe leidt is een escalatie van de agressie. De spelers op het veld zijn niet meer bezig met de uitvoering, met het voetbal. Wil je als supporters dus dat de spelers op het veld beter gaan spelen, houd je mond, bemoei je er niet mee.

Nu heeft de coach, invloed op de mater waarin zijn spelers gefocused zijn. Spelers hebben ook zelf  invloed hebben op de mate waarin zij gefocused zijn op de uitvoering, op het voetbal. Supporters kunnen hier ook debet aan zijn. Een speler presteert optimaal als hij gefocused is. Een team presteert optimaal als de individuele spelers bezig zijn met hun taak. Wil je dat je ploeg goed speelt, wil je dat ze winnen? Dan moet je als supporter er voor zorgen dat de randvoorwaarden op orde zijn, houd dus, als het spannend wordt, vooral je mond.





zondag 26 februari 2023

Ontschotten

De tweede seizoenshelft is begonnen. De eerste wedstrijden zijn al weer gespeeld. Op naar een kampioenschap, of hard werkend om degradatie te voorkomen of gewoon meedeinen op de golven van de competitie. Aan het eind van dit seizoen zullen al die spelers weer op moeten voor de selectietrainingen. Dan wordt je weer gewogen en soms te licht bevonden.

Dan worden de teamindelingen bekend gemaakt. Dan is bekend welke spelers in de selectie elftallen mogen uitkomen en welke spelers meer recreatief mogen ballen. Selecteren is niet eenvoudig. Want doe maar eens een voorspelling over het verloop van een wedstrijd, laat staan over het verloop van een seizoen. Blijven al mijn spelers fit, lopen wij niet tegen, al dan niet onnodige, schorsingen aan? Hoe verloopt het seizoen bij de concurrentie? Ook dat is van invloed op het verloop van een wedstrijd, als ook de competitie. Wij maken onderscheid tussen resultaatdoelen en procesdoelen. Bij resultaatdoelen heb je het over kampioen worden, maar ook over niet degraderen. Bij procesdoelen heb je het over aannemen van de bal, het passen van een bal. Stukje moeilijker is dan het 1x raken. Dit soort doelen hebben spelers onder eigen controle en zijn daardoor een stuk uitdagender dan 'Wij moeten vanmiddag winnen van CSV Apeldoorn'. Wij kunnen van CSV verliezen, maar dan is het na afloop maar moeilijk aan te geven wat wij zouden moeten doen om uit wel van CSV te winnen. Is iedereen dan wel fit? Regent het dan minder hard? Is hun beste speler er dan weer bij of? Of is hij geblesseerd of wellicht geschorst? Steekt hun keeper dan een keertje niet in de vorm van zijn leven? Als een speler moeite heeft met passen en trappen, dan kan je als trainer wel zinvolle feedback over geven.  Er is ook niets zo frustrerend als het werken met resultaatdoelen. Het is namelijk een grote loterij. Wil je resultaten behalen, dan zal er gewerkt moeten worden met procesdoelen.

Geboortekwartaaleffecten

Heel recent bleek uit onderzoek dat in de gehele opleiding van PSV wel heel, heel veel spelers geboren te bleken te zijn in de maanden januari, februari en maart. Dit doet de vraag opploppen of een kind geboren in oktober, november of december dan helemaal niets kan. Natuurlijk is dat onzin. Dit zijn echter wel de kinderen die bij al die amateurclubs snel afvallen, met als motivatie "Het was leuk, maar net niet goed genoeg." Als een kind dat nog krijgt te horen heb je mazzel, want het gros van deze selectietrainers kan werkelijk niet aangeven waarom iemand is afgevallen en wat deze speler zou moeten doen om een volgende keer wel geselecteerd te worden. Dit zijn de kinderen die in de A2, de B2, de C2 e.d. terecht komen. Als een kind, geboren in oktober, november of december wél in een selectie jeugdelftal komt, is het echt een talent en het heeft een verdomd goede trainer, die dat ook nog eens zag. Na PSV-gate kregen voornamelijk de scouts de schuld. Dat is natuurlijk niet terecht want die scouts krijgen, tenminste dat mag ik hopen, een helder takenpakket mee van die BVO's waarmee ze de weide wereld in gestuurd zijn. Ik pleitte er al eerder voor om deze scouts eens een nieuw takenpakket te geven en hun jachtgebied te verschuiven van O7 naar O19. Kortom, op zoek naar de Jaap Stams, de Jamie Vardy's.

Self fulfilling prophecy 

Met een verschuiving van doelgroep pakken wij niet die kinderen die wel afgevallen zijn omdat de concurrentie met een speler die twee jaar ouder moordend was. De spelers uit de A2, B2 en C2 hebben wij daarmee niet en dat is jammer. Dit is te meer spijtig omdat veel clubs het ook nog eens zo hebben georganiseerd dat de beter opgeleide trainers op de selectie elftallen staan en deze veelal ook meer trainingsuren maken dan de niet selectie elftallen. Een self fulfilling prophecy  in optima forma. Kinderen die afgevallen zijn omdat zij toevallig geboren zijn in oktober, november of december worden op termijn ook daadwerkelijk de minder goede voetballers omdat ze minder goede trainers hebben en ook nog eens minder trainingsuren maken.

Ontschotten 

Eigenlijk zou je, bij de jeugd, af moeten van selectie elftallen! Ga uit van andere selectie criteria, bijvoorbeeld per wijk of vrienden bij elkaar. Zet op elk elftal goed opgeleide trainers en laat ze evenveel trainingsuren maken. Dit is een traject dat je niet zo maar in gaat. Je moet goed nadenken over wat dan het opleidingsniveau van de trainers, bij elke leeftijdscategorie moet zijn. Je moet het ook hebben over de trainingsuren, de trainingsfrequentie per leeftijdscategorie zou moeten zijn.

Als wij de schotten weghalen, motorisch breed gaan opleiden en pas laat gaan selecteren dan is de kans dat de echte talenten boven komen veel groter.




zondag 19 februari 2023

De bank is mijn redding

Vroeger zei ik vaak tegen mijn wisselspelers, dat zij mijn beste spelers waren. Want als je wel beschouwd, wanneer zet je veelal een wisselspeler in? Als het minder goed loopt met je team. Wat verwacht je dan eigenlijk van deze wisselspeler? Dat hij het tij weet te keren. Dat hij het beter doet dan de speler die je oorspronkelijk in de basis had gezet. Nu is dat natuurlijk een dooddoener eerste klas, want welke coach zet nu werkelijk zijn echt beste spelers op de bank, behalve dan wellicht tegen een onthutsend zwakke tegenstander. Ook van Bronkhorst startte vanmiddag gewoon met zijn beste 11 spelers. Never change a winning team, maar waarom zou je niet terug willen vallen om een geweldige topper op de bank. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat Feyenoord natuurlijk Kuyt op de bank had, maar die zit ook niet voor niets op de bank.

Hoe win je nu een wedstrijd en welk wisselbeleid past daarbij. Ik ging vroeger uit van het principe dat iedereen, over een heel seizoen, evenveel speelde. Volleyballen leer je door het te doen, niet op de bank. Dat betekende niet dat Iedereen ook in elke wedstrijd evenveel speelde. Het kon zelfs gebeuren dat iemand uiteindelijk niet speelde. Ik paste mijn basisteam aan, aan mijn tegenstanders. Als wij tegen een minder goede tegenstander speelde, dan startte ik met een andere basis, dan tegen de nummer 1. Behalve het winnen van de wedstrijd zijn er natuurlijk legio andere redenen te bedenken die bepalen wat jouw wisselbeleid is. Je zou er ook voor kunnen kiezen om jongere spelers in te passen. Die kan je, bewust in zetten tegen juist de sterkere tegenstanders. Je kan ze ook en ook net zo bewust inzetten tegen minder goede tegenstanders.

Welk wisselbeleid je ook toepast, leg uit wat je doet. Waarom staat iemand in de wissel, waarom haal je iemand er uit of zet je iemand er in. Leg uit wat je doet. Coachen is communiceren, met je basisspelers, maar óók met je wisselspelers.







zaterdag 18 februari 2023

De sportclub is geen bedrijf

Ik ben een periode, enkele jaren geleden, jeugdvoorzitter van een voetbalvereniging geweest. Dat was een geweldig leuke maar ook zeker dynamische uitdaging. Gelukkig stond ik er niet alleen voor en had ik een heel aantal enorm bekwame, enthousiaste mensen op mij heen. De eerlijkheid gebied te zeggen dat ik, dat wij altijd nieuwe mensen konden gebruiken. Want het is, zoals mijn moeder vroeger zij, vele varkens maken de spoeling doen.

ISO9001:2015

Binnen zo'n sportclub is het fijn als de neuzen dezelfde kant op staan, maar eerlijk gezegd vond ik het wel heel fijn dat ik mensen om mij heen had met wie ik niet altijd eens was. Natuurlijk moet je ergens tot een compromis komen, maar een beetje discussie leidt wel tot een beter inzicht. Ik weet niet of dat voor u als lezer ook zo werkt, bij mij werkt dat wel zo. In de verschillende gesprekken die ik met mede kaderleden had werd geregeld gesproken over de bedrijfservaring die zij meebrachten. Zo zou het natuurlijk idealiter ook binnen de vereniging georganiseerd moeten zijn. Ik kon hier heel ver in mee gaan, want ja een sportclub die het voor elkaar heeft om alles in lijn met, laten we zeggen ISO 9001:2015 te organiseren zet wel even wat neer. De dagelijkse praktijk is echter weerbarstiger.

Vrijwillig is niet vrijblijvend, maar soms hebben vrijwilligers geen affiniteit met onderdelen van hun vrijwillige taak en voeren deze dan ook liever niet uit. Soms zijn ze van mening dat ze er onvoldoende kennis en ervaring mee hebben, maar is er te weinig tijd en geld om iemand daarin te scholen, daarin wegwijs te maken. Hoewel je als vereniging echt ontevreden kan zijn over het functioneren van bijvoorbeeld een trainer, zijn niet veel verenigingen geneigd om iemand na een eerste beoordelingsgesprek dan maar aan de dijk te zetten. Waar haal je namelijk zo gauw een nieuwe trainer vandaan. Omgedraaid kan een vrijwilliger wel per direct vertrekken, omdat hij bijvoorbeeld een nieuwe baan heeft die hem meer  tijd gaat kosten, waardoor hij minder tijd overhoudt voor zijn werkzaamheden bij de club.

Natuurlijk is het uitermate zinvol om aspecten uit het bedrijfsleven te implementeren binnen de club. Het is zinvol om processen binnen de club te beschrijven. Het is zinvol om functiebeschrijvingen te hebben van elke functie binnen de club. Het is zinvol om van elke activiteit binnen de club een draaiboek te hebben. In een eerder blog schreef ik al dat het als club goed is om de juiste mensen op de juiste plaats te hebben. Het is een prima idee om in beeld te brengen wat leden, wat ouders van jeugdleden, beroepsmatig doen. Op die manier zou je gericht mensen voor bepaalde rollen en functies kunnen benaderen. Toch is maar helemaal de vraag of iemand in zijn vrije tijd iets zou willen doen, wat hij beroepsmatig ook doet. Misschien wil iemand wel heel iets anders? Misschien wil iemand wél een deel van het grotere geheel doen? Accepteer je dat? Of zeg je 'Take it or leave it?'

De Zandbank

Ik hoor de laatste tijd vaak de term 'Eigenaarschap' en 'Leiderschap' voorbij komen als het gaat over rollen en taken binnen de vereniging. De term eigenaarschap gaat dan vaak over het zien dat er zaken binnen de vereniging gedaan worden en dat dan ook doen. Leiderschap gaat dan over het doorpakken als mensen geen eigenaarschap laten zien. Misschien gaat eigenaarschap wel over het eigenaar zijn en voelen voordat deel wat er voor jou toe doet? Misschien gaat leiderschap Misschien gaat leiderschap er dan wel over dat je dat accepteert en kleiner denkt en blij bent met alle kleine dingen die mensen wel kunnen en willen doen? Misschien gaat leiderschap er dan over dat je met al die verschillende eigenaren een puzzel weet te leggen? Misschien gaat leiderschap dan wel over het navigeren en zorgen dat je verder komt maar ondertussen niet op een zandbank loopt?

 


 


vrijdag 10 februari 2023

Als je voor een dubbeltje geboren bent

Sommige mensen hebben echt pech, steeds maar weer kunnen ze net niet mee komen in de klas. Ook in de sport kom je ze tegen, steeds maar weer vallen ze af bij de selectie training.

"Jij bent net niet goed genoeg."  Iets wat deze mensen soms iets te vaak hebben gehoord.
Als je voor een dubbeltje geboren bent, dan wordt je nooit een kwartje, zegt men wel.
Dat klinkt wellicht vreemd, maar vaak is dat waar. Je geboortedatum is wel degelijk bepalend voor iemand schoolcarrière, maar ook voor de vraag of iemand het gaat maken in de sport. Is dit nu iets met horoscopen? Nee, wat je hier ziet is eigenlijk een schoon voorbeeld van oneerlijke concurrentie.





Het zou de moeite waard zijn als de verenigingen eens zouden bekijken wat nu bij het selecteren van spelers werkelijk van doorslaggevend belang is. Het zou ook de moeite waard zijn om de teams binnen de vereniging eens op geboortemaand door te lichten.

Eind vorig seizoen publiceerde Barcelona de leeftijdsverdeling van haar jeugdspelers. Van de 250 jeugdspelers bij Barça is 40% geboren in de maanden januari, februari en maart. Daar tegenover staat dat slechts 5% geboren is in de maanden oktober en november en geen een jeugdspeler geboren is in december. Dit is nu wat men het relatieve leeftijdseffect, ook wel geboortekwartaaleffect noemt.

Telkens wanneer een (jaar) groep wordt uitgedaagd tot een presentatie, waartoe elk van de leden in staat wordt geacht, zie je dat de net iets oudere leden van die groep over het algemeen tot betere resultaten komen dan de jongere. Dit zie je in het onderwijs, dit zie je ook in de sport. Let wel, in de sport werken wij over het algemeen met twee jaars groepen. Het verschil tussen de oudste en de jongste in zo'n twee jaarsgroep kan dus twee jaar zijn.

Begin '83 bezocht de Canadese Paula Barnsley een ijshockeywedstrijd. Waarschijnlijk minder geïnteresseerd in de wedstrijd, nam ze wat meer tijd dan gewoon voor het lezen van het programmaboekje. Het viel haar op dat bij beide teams de meeste spelers geboren waren in de de eerste vier maanden van het jaar, januari, februari, maart en april.

Nieuwsgierig geworden wist zij te achterhalen hoe dit zat voor de gehele NHL, het hoogste competitieniveau. Het bleek dat bij alle teams uit de NHL een duidelijke oververtegenwoordiging was van sporters geboren in het eerste kwartaal. Als je dan weet dat in het ijshockey de peildatum 1 januari is, dan zijn het dus de oudere spelers die geselecteerd bleken te zijn. Daar tegenover stond het geringe aantal spelers dat geboren was in de laatste drie maanden van het jaar. Je kan dus wel degelijk ongelukkig geboren zijn. Bij het WK voetbal voor spelers jonger dan 20 (1992) werd een andere peildatum gebruikt en tijdens dit WK zag je dat er een oververtegenwoordiging was van spelers geboren in de maanden augustus, september en oktober. Nu blijkt uit onderzoek dat je niet kan stellen dat iedereen geboren in de eerste drie maanden na de in de sport vastgestelde peildatum in het voordeel is. Of omgedraaid, iedereen geboren in de laatste drie maanden gewoon pech heeft. Zo is het geboortekwartaaleffect op het hoogste niveau van het Nederlandse voetbal wel vastgesteld, maar op het hoogste niveau van het Braziliaanse voetbal bijvoorbeeld niet. Het voetbal in dit land wordt gekenmerkt door passie, onvoorspelbaarheid en individuele technische klasse. Het kan ook zo zijn dat de visie op een sport in de loop der tijd veranderd, waardoor het geboortekwartaalefect verdwijnt of soms ook weer naar voren komt. Bij het beoordelen van dit fenomeen moet dus niet alleen gekeken worden naar de tak van sport, maar binnen de tak van sport ook naar de manier waarop de sport in een land benaderd wordt. Hoe kijken wij naar onze sport? Wat is belangrijk en wat zou dat betekenen voor de manier waarop wij naar selecteren aan moeten kijken?

zaterdag 30 januari 2021

Avondklok

Al ruim een jaar zuchten wij onder een juk van Coronamaatregelen. Maatregelen als gevolg van een pandemie die zijn weerga niet kent. De vergelijkingen met de zwarte dood worden gemaakt, maar of die vergelijking helemaal opgaat is de vraag. Dichterbij is de vergelijking met de Spaanse griep, de Mexicaanse griep én Sars en Mers misschien beter te maken? 

Het kan aan de geschiedsschrijving liggen maar ik heb het gevoel dat infectieziektes elkaar in raptrempo opvolgen. Want voor het gemak vergat ik HIV en Ebola. Corona, of  te wel Covid19, heeft voor mij al veel impact gehad. Zo raakte ik als gevolg van Covid19 mijn baan kwijt. Door Corona hebben wij onze oudste zoon nu al ruim een jaar niet even kunnen knuffelen en vind ons contact uitsluitend online plaats. Het is overigens bijzonder om te merken hoe creatief je daarmee wordt. Zo ging ons Kerstdiner online. De laptop aan het hoofdeind van de tafel. Zo was hij er toch bij. 

Het virus kwam dichtbij, het schoonzusje van mijn broer kwam op de IC terecht. Veel collega's werden ziek en sommige zijn al maanden ziek. Naast dat ze nog steeds geen conditie hebben, geen trap kunnen lopen, hebben velen ook concentratieproblemen en geheugen problemen. Ik weet niet hoe het met u zit, maar dat soort klachten link ik niet direct aan een normaal griepje. Tot zover de feiten. Al zullen er op dit moment al mensen zijn die alles wat hierboven staat in twijfel trekken. 

Op dit moment worden, in ieder geval in een deel van de wereld, mensen tegen het virus gevaccineerd. Waar de productie van een vaccin soms jaren duurt, zijn er inmiddels verschillende vaccins beschikbaar. In verschillende landen is er, in een rap tempo, gewerkt aan de productie van een vaccin. Sommige landen zijn ook al vrij ver in het vaccineren van de bevolking, waarbij ik vermoed dat men in Israel, met militaire precisie het verst gevorderd is. Je zou je af kunnen vragen waarom het allemaal zo snel klaar is, of daar niet iets mis mee is. Waarom toch Bill Gates zo enorm veel geld steekt in die vaccins. Het zal je niet verbazen, dat doen mensen dan ook. Het idee dat in het vaccin een chip geimplanteerd wordt is in sommige groepen ook gewoon normaal gedachtengoed.  Ook de lockdown leidt tot achterdocht. De overheid will haar burgers breken. Het zelfstandig nadenken wordt stukje bij beetje ontmoedigd en op het eind volledig gebroken. De avondklok roept voor velen herinneringen op aan de Tweede Wereldoorlog. Nu loop ik tegen de 60 maar die oorlog is van ver voor mijn tijd. Zelfs onze publieke omroep noemde de avondklok vrij standaard Sperrtijd, om de link met de oorlog nog maar eens te leggen. Voor de mensen die al hun bedenkingen hadden, was de avondklok de druppel, de laatste fase in het breken van de mensheid. Daar moest tegen in verzet gekomen worden. Gevestigde politieke partijen als de PVV en FVD deden dit zelfs openlijk. Een gemeenteraadslid van de PVV op Urk riep openlijk op tot een opstand, waarna overigens zijn grote roerganger, nadat alles uit de klauwen was gelopen opriep het legen in te zetten tegen de opstandelingen. Na drie dagen van rellen poste FvD, let even op die laatste D, openlijk op om nog even vol te houden. De führer van deze fractie hield in de kamer daarna wijzelijk zijn mond. Sinds Trump wordt politiek op social media uitgevochten. Het maakt daarbij niet meer uit of het ethisch verantwoord is of dat waar is of niet. Je achterban geloofd het toch wel. De kracht van de herhaling. Als je informatie maar vaak genoeg deelt wordt het op enig moment voor waar aangenomen. 

Demonstreren, is een grondrecht. Iedereen mag aangeven als hij of zij ergens niet mee eens is. Er staat echter nergens dat een demonstratie aan bepaalde eisen moeten voldoen. Het is bij wet niet geregeld dat een demonstratie tegen overheidsbeleid altijd dient plaats te vinden op het Malieveld. Er is dan ook geen sprake van de inperking van de vrijheid van meningsuiting als een demonstratie op een bepaaalde plek op een bepaald moment, niet zo mogen plaatsvinden. Wat er ook gebeurd, waar je ook tegen wil demonstreren, de veiligheid en gezond van al die anderen die het weer  niet met jou eens zijn, zijn belangrijker. Wat je ook ergens van vindt, je bent niet alleen op deze wereld. Zo wordt ook het oproepen van het drinken van een kopje koffie, hoe onschuldig dit ook klinkt, een demonstratie van behoorlijke omvang waarbij de deelnemers zich niet hielden aan de veiligheidseisen, want tja daar demonstreerde ze juist tegen. Dat onschuldoge koffie drinken was niet zo onschuldig. De vrijheid waar deze mensen zo hard om riepen ging volledig in tegen de vrijheid van het overige deel van de samenleving. Vrijheid is niet onbeperkt en persoonlijk. Jouw vrijheid staat in relatie tot de vrijheid van de ander. Vrijheid betekent ook dat je rekening houdt met de vrijheid van de ander. Als de veiligheid en de gezondheid van de ander in het geding is, als gevolg van jouw gedrag, ben je ver over de grens gegaan. 



zondag 17 mei 2020

Cruciale beroepen

Eerlijk is eerlijk, ik had nog niet veel nagedacht over wat nu cruciale beroepen zijn en wat niet. Sterker nog, toen ik enkele jaren geleden mij midden in een reorganisatie bevond en de directeur mij vroeg of zij ook zonder mij zouden kunnen heb ik volmondig ja gezegd. Ik vind mij zelf niet onmisbaar. Aandacht voor de arbeidsomstandigheden kan je, zo vond ik, kan je prima organiseren zonder dat je ergens in de organisatie iemand hebt die overal op let. Ik heb eigenlijk best wel moeite met mensen die zich zelf enorm belangrijk vinden. Draait het dan alleen om jou, denk ik dan. In die zin vond ik de afgelopen weken de manier waarop Mark Rutte de rol van de premier van ons land invulde heel prettig. Hij had de eindverantwoordelijkheid voor het reilen en zeilen van ons land in de Corona crisis, maar  hij wees er continu op dat hij dit niet alleen deed en dat hij zich liet adviseren door derden. Zelf de premier van ons land kan het niet alleen.

De kroegen waren gesloten, de restaurant waren dicht en ook een filmpje zat er even niet in. Hoewel er best mensen zullen zijn die dit alles vreselijk gemist hebben, kwamen wij de dagen best door. Ook werden alle sportcompetities gestopt. Wat iedereen van afstand al zag aankomen, maar waar de KNVB en veel supporters niet aan wilde geloven, de eredivisie en de eerste divisie van het betaald voetbal werden gestaakt. Het was leiden in last, maar ook daar kwam iedereen wel over heen. Natuurlijk bewegen is enorm belangrijk en ja, een goede basis gezondheid is zeker in deze Corona crisis letterlijk van levens belang. Sport gaat echter over meer dan de competitie. Sport gaat vooral over bewegen en juist bewegen is gezond. Mensen die beweren dat het volk niets anders wil dan brood en spelen hebben de afgelopen eeuwen iets gemist. De scholen gingen dicht maar ook zonder onderwijs konden wij niet. Het afval zo maar aan de wegzetten is wat gebeurde maar het gewoon maar laten staan? Ook de vuilnisman bleek van levensbelang. In een wereld waar hygiëne plots niet meer overdreven, maar bittere noodzaak bleek, was ook de interieurverzorgster cruciaal. De boeren kregen tot voor heel kort overal de schuld van, maar wij kunnen niet zonder eten en ook de bakker, het wordt wat lastig. Het is moeilijk te verkroppen maar de grootgrutter uit Zaandam, wij kunnen niet zonder. Ik kan best zonder de kroeg. Ik kan zonder alcohol, maar een gewoon ontbijt.

Als alles achter de rug is, zou alles dan anders zijn? Zouden dan verpleegkundigen de belangrijkste beroepsgroep zijn? Zouden wij dan minder consumeren? Zouden boeren dan niet meer de paria zijn van de samenleving. Zouden verpleegkundige en verzorgende dan een goed salaris krijgen, zodat zij niet op de knieën hoeven voor een gratis reisje van de KLM? Zouden wij, als alles achter de rug is, alles samen doen, in plaats van alleen voor jezelf kiezen?



zaterdag 7 december 2019

De maakbare samenleving

In februari 2017 schreef ik een blog over de vuilstortplaats tegenover ons huis. Ik was niet per definitie tegen het scheiden van afval en het werken met een financiële prikkel om dat scheiden van afval, het bewust om gaan met afval te stimuleren. Ik had dus niet direct een stukje klaar liggen toen pal tegenover ons huis een Diftar container geplaatst werd. Het blog kwam toestand nadat bleek dat Diftar toch ook minder leuke kanten kende. Omdat er betaald moest worden voor iedere storting, probeerde de gebruikers niet één vuilniszak maar wel meer in een keer in de container te proppen en als dat niet lukte kon het gebeuren dat iemand met zijn volle gewicht in de container ging staan met als gevolg dat de container kapot ging. Het geen dan weer leidde tot het bijplaatsen van afval. De gemeente reageerde adequaat. De container werd vervangen door een robuuster model. Het ging daarna een tijd goed, tot ongeveer een jaar geleden. Plots werd er weer afval naast de container geplaatst. Dit bijplaatste gebeurde altijd 's nachts. Het afval trekt dieren aan, katten, soms vogels en ook ratten zijn al gesignaleerd.

Telkens maakte ik een meldin bij de gemeente. Een enkel keer heb ik ook de toezichthouder Openbare Ruimte gesproken. Bij elke melding diende zij op te draven en werd er gevraagd om handhaving. Het was dweilen met de kraan open, zo gaf men aan. De pakkans was bijna 0. Het failliet van het systeem. Als de pakkans zeer klein is kan je concluderen dat het bijplaatsen kennelijk loont, wamt wat is dan de winst van het systeem? Op dit moment vindt het bijplaatsen, noem het dumpen, van afval bijna dagelijks plaats. De toezichthouder, als ook de afvalverwerker rijden dagelijks hun rondes om te bekijken of er toch ergens nog gehandhaafd kan worden en om het gedumpte afval op te halen. Wat zou dat kosten? Aan de ene kant wil je de afvalberg reduceren en terecht. Aan de andere kant leiden de maatregelen tot een enorme berg aan frustratie, maar ook kosten en wat zou het dagelijks laten rondrijden van deze wagens doen met het milieu? Ik vroeg mij af of het systeem ooit wel eens is geëvalueerd en wat daar dan de uitkomst van was.

Tot slot las ik enige tijd terug een artikel in het magazine van de NVRD.  De NVRD verenigt de Nederlandse gemeenten en hun publieke bedrijven die verantwoordelijk zijn voor het afvalbeheer en het beheer van de openbare ruimte. Zij ondersteunen hen bij het bereiken van hun doelstellingen en brengen professionals bij elkaar. Een prima club lijkt mij. In het bewuste artikel werden de gemeente Uden en de gemeente Peel en Maas opgevoerd. Binnen deze gemeentes realiseert men een afvalreductie, die zelfs onder de landelijke doelstelling ligt en dat zonder Diftar.

Wat zou de gemeente doen met deze informatie? Iemand noemde Diftar laatst het Heilige Huisje van de gemeente. Het kan toch niet zo zijn dat een gemeente verpaupering van een woonwijk accepteert en de eigen systemen niet tegen net licht wil houden?

Dit is Diftar:

































maandag 19 februari 2018

In een extraverte wereld

"Jouw heb ik nog niet gehoord, zei een collega in een werkoverleg laatst tegen mij."
Het klopte, tot dat moment had ik nog niets gezegd. Dat wil niet zeggen dat ik geen mening heb, niet over de zaken nagedacht had. Ik denk veel na, er gebeurd veel in mijn hoofd, maar ik sta niet te popelen om daar ook altijd direct mee naar buiten te treden. Ik sta echter niet graag in het middelpunt van de belangstelling. Ik vind één op één contact binnen een groep prettiger dan binnen een hele groep, zeker als ik velen niet ken. Ik ben introvert , ik twijfel, ik ben voorzichtig en dat wordt niet altijd geaccepteerd in een maatschappij die ingericht is op zelfverzekerde, extraverte mensen. Toch ben ik niet alleen, ik heb een uitgebreide vriendenkring. Ik ben een netwerkwerker, met een wereldwijd netwerk maar op momenten vind ik het prettig om alleen te zijn om na te denken. Ik druk mij ook beter uit in geschreven taal dan mondeling.

Ik ben altijd een stille, serieuze, jongen geweest. Een familielid noemde mij ooit de filosoof van de familie omdat altijd zo diep nadacht over dingen waar een kind van mijn leeftijd niet normaal gesproken niet over nadenkt. Toch was een spreekbeurt zo'n beetje het eerste dat ik moest doen. Een mondeling Nederlands ging vroeger nog over de inhoudt. Tegenwoordig krijg je punten aftrek omdat je, van al de spanning, monotoon praat. Debatteren is een vak. Wij moeten altijd en overal een mening over hebben en dat ook nog uiten ook. Tijdens de ledenvergadering van de sportvereniging hebben altijd het vaste groepje mensen het hoogste woord. Of dat ook altijd de meest zinvolle inbreng is?




dinsdag 6 februari 2018

Paranoia

Ongeveer twee weken geleden, het was weekend, had ik op Twitter, een discussie over het nut van een externe vertrouwenspersoon. Ik pleitte voor het inzetten van een onafhankelijke, externe, vertrouwenspersoon op het moment dat bij pesten op de werkvloer, de werkgever, de leidinggevende de pester is. Ik probeerde in de discussie nog uit te leggen dat een interne vertrouwenspersoon, minder onafhankelijk is en dat je zelfs bij een externe vertrouwenspersoon zou moeten werken aan een systeem, vergelijkbaar met de patiënt vertrouwenspersoon binnen de geestelijke gezondheidszorg, waarbij de externe vertrouwenspersoon niet direct betaald wordt door de werkgever. Ik kreeg veel over mij heen en reacties van mensen die aangaven dat het echt onzin was wat ik schreef, werden driftig geliked.
Afbeeldingsresultaat voor Angst

Egoïsme

Soms zijn er van die dagen dat ik heel verdrietig wordt.Verdrietig om zo veel egoïsme. Als mensen nu iets roepen omdat men gewoon niet beter weet oké, maar als het egoïsme omgeven wordt door echte non argumenten, als men er werkelijk van alles bij haalt om het eigen egoïsme ter verbergen, dan word ik daar niet eens meer boos over. Daar word ik echt verdrietig van. Ik heb het dan over de nieuwe Donorwet. De onzin die op social media over ons heel gerold wordt. De diep paranoïde reacties, alsof de overheid onze lichamen zou kapen, het is bizar. In een echt oprecht serieuze reactie wordt hier dan aan toegevoegd dat in de huidige regering nog fatsoenlijke mensen zitten. Mensen die nog wel te vertrouwen zijn, maar stel dat er ook iemand als Trump komt.... volgt er dan uiterst serieus.


Afbeeldingsresultaat voor paranoia



woensdag 4 oktober 2017

Zonder staat


Gisteren was het referendum in Catalonië. De regering van de autonome regio wilde haar burgers vragen hoe zij aankeken tegen het uitroepen van de onafhankelijke staat Catalonië. Ik moet zeggen dat een referendum te prevaleren is boven een gewapende strijd, zoals wij die lang in die andere autonome regio in Spanje hebben gekend. De Spaanse regering dacht daar anders over. Het resultaat weten wij, honderden gewonden, waarbij de premier van Spanje het hield op proportioneel geweld.  Natuurlijk kwam het geweld de separatisten niet verkeerd uit. Een slechtere PR kon de Spaanse regering niet hebben. Rajoy lijkt zijn hand te hebben overspeelt. Het activistische Podemos eiste dat Rajoy direct zou aftreden. Zij zien hem als de hoofdverantwoordelijke voor de ongeregeldheden. De partij hoopt ook dat de sociaal democraten een motie van wantrouwen tegen Rajoy zullen steunen. Zo heeft iedereen zijn eigen politieke agenda. Europa hield zich in eerste instantie opvallend rustig, totdat zij, Timmermans voorop, hun steun voor de Spaanse regering uitspraken. Ook dat is niet heel erg vreemd want veel landen in Europe hebben wel een gebiedsdeel dat, net als Catalonië, zich zou willen afscheiden. Zo streeft Lega Nord al jaren naar een zelfstandig Padanië. Zouden de Venetianen het rijk van de Doge toch heel graag in ere herstellen. Willen veel Vlamingen zelfstandig verder zonder de Walen. Het Brexit referendum was voor de Schotten het moment om ook een referendum op te tuigen waarin het afscheiden van Engeland voorgelegd zou gaan worden. In Frankrijk willen de Corsicanen als sinds mensenheugenis loskomen van Frankrijk en ja ook in Friesland zijn mensen die grensposten willen op de Afsluitdijk. Ik vergeet dan, voor het gemak de Basken omdat het daar nu net was minder hectisch is, maar het doel van de Eta was natuurlijk ook een zelfstandig Baskenland. Dat zal ook de reden zijn dat Rajoy zich zo hard opstelt, want als de geest in Catalonië helemaal uit de fles is, dan zouden de Basken zo maar het voorbeeld kunnen volgen en dan blijft er van de monarchie van koning Felipe weinig meer over.


In juni van het afgelopen jaar werd ik door de Standaard Boekhandel in België genomineerd met een blog over Europa Het Principe van de celdeling  Aan de hand van het principe van de celdeling probeerde ik mijn visie op Europa duidelijk te maken. Ons lichaam is niet een grote cel. Wij bestaan uit miljoenen cellen. Al deze cellen hebben een celwand en een kern. Europa bestaat geografisch en cultuur-historisch uit 51 landen. Hiervan zijn er 28 lid van de EU. Europa is geen land, hoe graag sommige dat ook zo willen zien. Europa is dus niet een land, hoe graag wij dat ook zo zouden willen zien. Sterker nog, al die landen die samen het orgaan Europa vormen, bestaan soms ook uit weer andere min of meer autonome regio's dan wel naar autonomie strevende regio's. Al die autonome en naar autonomie strevende regio's hebben een kern, dat waarom ze naar autonomie streven of al min of meer autonoom zijn. Veelal heeft dit een cultuur historische achtergrond. Zo spreken de Basken een werkelijk andere taal dan de rest van Spanje. Ook de Schotten hebben een lange geschiedenis van veldslagen met de Engelsen, voordat zij ingelijfd werden in het Engels koninkrijk. Ons lichaam is opgebouwd uit miljarden cellen die door middel van celdeling oude en beschadigde cellen vervangen. Wanneer er in deze celdeling iets mis gaat ontstaan cellen die minder functioneel zijn. Dit noemen wij kankercellen. Naast de specifieke klachten van zijn soort, geeft kanker ook een meer algemeen ziektebeeld, onder andere vermagering, vermoeidheid en een verminderde afweer. Als wij deze metafoor nu eens los laten op het beeld Europa. De landen zijn dan de cellen van het orgaan EU. Je zou dan in veel landen kunnen spreken van een woekering van cellen, want waarom maken Baskenland en Catalonië deel uit van Spanje? Was dit historisch altijd al zo? Waarom hoort Schotland bij Engeland? Je zou kunnen spreken van een foutieve celdeling. Er zijn cellen die buiten proportioneel gegroeid zijn. Je zou de vergelijking met de foutieve celdeling door kunnen trekken. Net als bij het eerder beschreven ziektebeeld, je zou kunnen stellen dat er ook binnen het orgaan Europa sprake van een verminderde afweer. Wij krijgen binnen Europa veel op ons bord. Daar is prima mee te dealen, maar dat wordt binnen een orgaan dat op zich zelf al ziek is, bijna niet meer te doen. Er komt weerstand en de afweer neemt nog verder af.

Wat is nu het medicijn tegen deze ongeleide, foutieve, celdeling? Moeten wij in het orgaan Europa dan niet groeien? Moeten wij ons terugtrekken binnen onze eigen grenzen, onze eigen cel? Ik zou denken van niet. Wij zijn gegroeid omdat onze cellen bleven delen. Er was in dit format wel een basis gedachte, namelijk dat de cellen allen een celwand kende, een celkern en dat ze min of meer gelijkvormig waren. Op detail konden ze wel verschillen natuurlijk, maar dat kan in Europa ook. Ik wil dan ook pleiten voor schaalverkleining, maar wel schaalverkleining met als doel te groeien. Ik zou zeggen dat de basis voor een Europa is dat wij erkennen dat er autonome regio's zijn. Als Jüncker het heeft over dat het nu het ultieme moment is, als het gaat over het ijzer smeden als het heet is, dan moet hij het hebben over het herdefiniëren van die landsgrenzen. Ook zal er een andere vorm van samenwerking tussen al die kleinere cellen van het orgaan Europa moeten ontstaan. Alleen dan kan Europa groeien en zal het de problemen die het voor zich krijgt kunnen oplossen. 


      

woensdag 29 maart 2017

De uurtje factuurtje fabriek

Niet zo heel lang geleden had ik een oriënterend gesprek. Ik ben op zoek naar een nieuwe uitdaging, een nieuwe baan. Het bedrijf was op zoek naar consultants, naar nieuwe arbo adviseurs. Behalve de inhoudelijke kennis van de materie, werd ook commerciële ervaring gevraagd. Nu heb ik daar geen ervaring mee en eerlijk gezegd past het ook niet bij mij. Soms vind ik het belangrijker dat iets gebeurd, dat er aandacht voor is dan dat ik daar dan zo nodig geld voor moet krijgen. Mijn gesprekspartners benoemde het bedrijf 'een uurtje-factuurtje-fabriek'. Ik was een soort Sinterklaas, een dief van mijn eigen portemonnee. Ik deed soms dingen voor niets, omdat ik belangrijker vond dat er aandacht voor was dan dat ik er nu zo nodig iets mee wilde verdienen. Ik had hier iets te leren. Terug naar huis, wat een flinke rit was, vroeg ik mij af of ik dit wel wilde leren. Er was echter nog iets anders wat ik mij afvroeg. Was deze voortdurende afhankelijk niet strijdig met met de eigen verantwoordelijk die medewerkers, werkgevers zouden moeten dragen voor de eigen veiligheid, de eigen arbeidsomstandigheden? Natuurlijk is het heerlijk als je als bedrijf, bij elk nieuw risico daar weer een passende oplossing, scholing of advies traject in de aanbieding heb. Loop je echter niet de kans dat bedrijven door deze voortdurende afhankelijk de oplossing altijd extern zoeken, zonder zelf na te denken over de veiligheid en de gezondheid van haar personeel?

Willen wij veranderingen realiseren zullen wij ons moeten realiseren dat er ook iets te veranderen is. Als er continu iemand is die tegen mij zegt, dat er altijd hulp beschikbaar is, dan zal ik zelf niet harder gaan lopen. Ik zal pas in beweging komen als ik mij realiseer dat ik iets moet veranderen maar dat de hulp ook niet direct oproepbaar is. Willen wij werken aan veiligheid op de werkvloer, binnen bedrijven en organisaties, zal het wel eens zo kunnen zijn dat wij mensen weer zelf verantwoordelijk moeten maken. Om maar een vergelijking te maken, ook ouder zal zijn puberende zoon op enig moment los moeten laten om op die manier, om hem met vallen en opstaan tot een evenwichtige volwassene te laten opgroeien. Wij zouden ons meer moeten richten op de basis, op de roots. Wij zouden ons moeten richten op de aandacht voor het thema veiligheid in de beroepsopleidingen, in het onderwijs. Om daarna vol vertrouwen los te kunnen laten.


woensdag 23 november 2016

Nieuwe uitdagingen

De gezondheidszorgsector is aan het veranderen. Dat is niet altijd verkeerd, soms leidt dit tot beter nadenken over de kwaliteit van zorg. Soms ook is de markt doorgeschoten en leidt dit tot verschraling van de zorg op een wijze die mensonterend is. Natuurlijk kan je de zorg organiseren met minder of wellicht zelfs zonder managers. Ook adviseurs, dat kan best wat minder. Laten we het over de zorg hebben, terug naar de basis. Als wij managers afschaffen, adviseurs aan de kant schuiven, ontstaat er een gat, dat door de werkvloer ingevuld zal moeten worden. Dit is niet één op één mogelijk. Een verpleegkundige is opgeleid om te verplegen. Een verpleegkundige heeft in zijn opleiding niet iets geleerd over werving en selectie, heeft niet iets geleerd over brandveiligheid en fysieke belastend werk, dat deed je gewoon.

zaterdag 19 november 2016

Trump

Donald Trump is gekozen tot president van de Verenigde Staten. De wereld weet even niet hoe ze het hebben. Hoe kon dit nu gebeuren? Hoe kon een zich zelf respecterend volk de lokale dorpsgek tot president kiezen? Donald Trump de man die een muur op de grens met Mexico wil bouwen. De man die alle moslims over een kam scheert en wegzet als misdadigers. De man ook die vrouwen als lustobject ziet. Een man die de opwarming van de aarde, anno 2016, nog als een leugen ziet. Een multimiljonair die zo narcistisch is dat zijn naam bovenop al zijn gebouwen staat. De man die belastingontduiking tot een basisvaardigheid heeft ontwikkeld. Natuurlijk is het kiessysteem debet aan zijn verkiezing. Natuurlijk behaalde Clinton effectief meer stemmen en natuurlijk was de timing van het heronderzoek van de FBI op z'n minst opmerkelijk, maar dan nog. Achteraf klagen over het systeem en over de FBI is mosterd na de maaltijd. Dan had je moeten realiseren toen het nog kon.

zaterdag 29 oktober 2016

Jezelf overbodig maken

"Voor creativiteit en vernieuwing heb je mensen nodig die geloven in groei, mensen met een groei mindset," aldus een HRM manager recent op Twitter. Nu wordt van mij gezegd dat ik een groei mindset heb, een blik voorbij de horizon heb, iemand die buiten de kaders kan denken. Vanuit die scoop kan ik de organisatie ook zien, zonder mij. Ik ben niet onmisbaar en volgens mij is niemand onmisbaar. In dat misbaar zijn zit ook mijn overtuiging dat mensen zelf verantwoordelijk zijn voor hun eigen proces. Veranderingen zullen ook pas dan beklijven, als iedereen verantwoordelijkheid neemt voor die verandering, als iedereen er ook werkelijk in geloofd. Opgelegde veranderingen, top-down besluitvorming, zijn gedoemd, vroeg of laat te mislukken.

zaterdag 25 juni 2016

Helden

Een held is een persoon die, wanneer hij of zij geconfronteerd met gevaar en rampspoed of vanuit een zwakke positie, moed en de bereidheid tot zelfopoffering betoont voor een grotere zaak. Aanvankelijk had dit heldendom vaak te maken met strijd of het uitblinken in iets, maar later werd dit uitgebreid tot een meer algemeen moreel uitblinken. Ik vind, persoonlijk, mensen die tegen wil en dank, hun eigen weg gaan, zonder dat zij zich door iets of iemand van afgebracht kunnen worden, ook helden. Mensen die, juist door de weg te gaan die zij moeten gaan, in staat is om er straks, nog beter, voor anderen te zijn. Om in weerwil van alle tegenstand voor jezelf te kiezen, dan ben je heel sterk, dan ben je een held.

In mijn beleving zijn naast de eerder genoemde helden nog een derde soort 'held'. Ik zou dit de valse held willen noemen. Deze mensen plaatsen zich zelf in het centrum van de aandacht. Zij wijzen de weg. Zij weten waarheen. Waar het deze 'helden' in werkelijk omgaat is het eigen welbevinden. Het zijn de rattenvangers van Hamelen. Mensen geloven de verhalen, vinden de toon van de muziek aantrekkelijk en lopen gedwee achter hem aan. Kenmerkend van deze rattenvangers is dat zij hun gehoor continu bevestigen in hun ongenoegens, zonder met werkelijke oplossingen te komen. De oplossingen zijn vergezichten van een wereld die niet bestaat. Een wereld die voorbij gaat aan de ander, een wereld gericht op alleen in plaats van samen. Mensen lopen achter deze rattenvangers aan omdat zij de wereld simplificeren. Zij ordenen de wereld op een dusdanige wijze dat iedereen het zou kunnen snappen. De wereld wordt zwart-wit voorgesteld, de oplossingen simpel. De wereld is echter niet zwart-wit en de oplossingen zijn niet simpel.

De ware helden zijn die mensen die een reëel beeld van de toekomst weten te schetsen. De ware helden zijn zij die eerlijk zijn en niet zeggen dat het een makkelijk pad zal zijn. De ware helden zijn zij die in weerwil van alles een keuze voor dat moeilijke pad kunnen maken. De ware helden zijn zij die mensen samenbrengen. De ware helden zijn zij die met werkelijke oplossingen komen.



Less is more

Zo'n beetje elk bedrijf in ons land heeft vacatures. Dat is op zich geen opzienbarend nieuws, maar wat bijzonder is, is dat er meer vaca...