Zwemles
Halverwege de jaren 80 van de vorige eeuw trainde de teams
van mijn volleybalvereniging verspreid door de stad, in verschillende gymzalen.
De jeugdspelers moesten soms even een stukje fietsen naar de training. Soms ook
op maandag naar de ene gymzaal en dan op woensdag naar een ander halletje.
Hoewel zij allen lid waren van de zelfde vereniging moest de club echt wat doen
aan binding binnen de vereniging. Het kon maar zo gebeuren dat een speler uit
de C1 totaal geen idee had wie er nu in de C3 zaten. Voor startende trainers
was het ook nog wel een dingetje. Je stond er toch vaak alleen voor, want hoe
moet je nu de ondersteuning organiseren als je, verspreid over de week,
verspreid door de hele stad, zo her en der, nog relatief onervaren trainers
hebben rondlopen. Trainers die niet op afroep tegen een probleem aanlopen. Het
was in die tijd enorm zoeken. Voor mij, als startende trainer, was het contact
met de ervaren trainster die met haar team. ná mij, trainde van cruciaal
belang. Na afloop van mijn eigen training, aan het begin van haar training,
even een collegiale consultatie.
Hoe gaat 't?
Waar ben je mee bezig?
Hoe kijk jij daar naar?
Het was dan ook fantastisch toen een paar visionaire leden bedachten dat de club niet zonder eigen sporthal kon. Deze hal kwam er dan ook. Ik mocht daarna, met een groepje, meedenken over hoe wij de kwaliteit van de trainingen, de ondersteuning van trainers konden verbeteren. De eerste metafoor die bij ons opkwam was die van het leszwemmen.
Als kinderen naar zwemles gaan, zeg maar starten met het blauwe dolfijntje, dan
is daar een badmeester en een hoofdbadmeester. De badmeester geeft de les, de
hoofdbadmeester, de chef instructie, kijkt mee, bespreek zaken met de
badmeester, geeft feedback en is de gene die het finale oordeel geeft of kind
een volgend dolfijntje verdiend heeft. Bij de zwemles kunnen die kinderen van
de ene lesgroep naar de andere gaan, maar blijven ze van de allereerste les,
tot het behalen van het zwem ABC veelal op dezelfde dag lessen. Voor ouders is
dit dus ook beter te plannen. Wij hebben destijds het zwembad naar de hal
vertaald. De kinderen O12 trainde op vaste dagen in de hal. Kinderen konden ook
tijdens de les, op dezelfde trainingsdag, naar een volgende niveaugroep
doorgeschoven worden. De startende trainers werden ondersteund door een
hoofdtrainer. Deze hoofdtrainer stuurde de trainers in het weekend de
trainingen die zij de week daarna diende te verzorgen. Trainers die daar
inhoudelijk nog vragen over hadden konden dat direct doen, dan wel vooraf of
zelfs tijdens de training. De trainingen paste ook in een jaarplan. Zij hadden
dan ook een logische opbouw binnen de trainingen, maar ook tussen de
verschillende trainingen. De startende trainers werden tijdens de trainingen
ondersteund, kregen feedback op de wijze van training geven.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten